Verbale analogieën kan een deel van jou capaciteitentest zijn. Een capaciteitentest is een vast onderdeel van het assessment. Zo kan het voorkomen dat je deze test moet maken wanneer je een Selectie assessment moet doen als deel van de sollicitatieprocedure. Maar het kan ook voorkomen dat jouw werkgever je vraagt of je een Ontwikkelassessment wilt doen, om te zien welk ontwikkelpunt nog beter aangepakt kan worden tijdens jouw loopbaan binnen het bedrijf. Welk assessment je ook moet gaan doen, er zit altijd een capaciteitentest in. Een van de onderwerpen waar je te allen tijde mee te maken krijgt is het onderdeel verbale analogieën. Het is daarom goed om te kijken wat dit inhoudt en hoe je jezelf hier het beste op voor kunt bereiden. Wil je nog meer oefenen voor een capaciteitentest? Bekijk dan onze assessment trainingen onderaan de pagina.
Inhoudsopgave
Verbale analogieën uitleg
Bij de verbale analogieën wordt je verbale inzicht getest aan de hand van woorden. Je moet door logisch te redeneren verbanden ontdekken, waarbij je hoofdzaken en bijzaken van elkaar gaat scheiden. Je moet conclusies trekken, waarmee ook gelijk gekeken wordt hoe jij theorie leert. Het is dus niet alleen belangrijk dat jouw woordenschat goed ontwikkeld is, maar ook dat je de Competentie: Leervermogen bevat. Hierdoor kun je verhaallijnen sneller ontdekken. Dit is belangrijk bij een functie waarbij verbaal en schriftelijk redeneren van belang is. Als je hier nog niet veel mee te maken hebt gehad is het goed om veel te oefenen, zodat je de onderlinge relaties sneller gaat ontdekken.
Analogieën oefentest
Verschillende verbanden tijdens verbale analogieën
Je kunt veel verschillende soorten verbanden vinden als je analogieën gaat maken. Zo heb je bijvoorbeeld tegenstellingen, synoniemen, onderdeel van een geheel, oorzaak en gevolg, functionaliteit en product. Een voorbeeld van een tegenstelling is Nat : Droog = Groot : Klein. Als je deze tegenstellingen op de capaciteitentest krijgt, is er altijd een woord weggelaten in een van de helften. Het zou dus kunnen zijn dat je Nat : Droog = … : Klein krijgt. Je hebt dan een aantal gegeven antwoorden waaruit jij kunt kiezen. Een voorbeeld van synoniemen is Vader : Papa = Ruit : Raam. Onderdeel van het geheel zou Scherm : TV = Opa : Familie kunnen zijn, Zaklamp : Licht = Warmte : Zweten is een oorzaak en gevolg, Fiets : Fietsen = Camera : Foto maken is een functionaliteit en Praten : Gesprek = Bekvechten : Ruzie is een product.
Verbale analogieën tips
Een tijdsindeling helpt jou op weg
Hiervoor is een goede planning vereist. Vanaf het moment dat jij te horen krijgt dat je een assessment moet gaan doen, moet je jouw planning gaan maken en beginnen met oefenen. Maar hoe maak ik een tijdsindeling? Dit doe je door alle onderdelen in een overzicht te plaatsen met een schatting van de benodigde tijd erachter. Zo weet je namelijk hoeveel tijd je kwijt gaat zijn aan het oefenen van alle onderwerpen. Deze kun je dan aan de hand van jouw agenda in gaan plannen.
Alle informatie van belang om tot een oplossing te komen
Daarna kun je starten met het lezen van de informatie bij het onderdeel verbale analogieën. Hier staan verschillende tips en oplossingsstrategieën in, waardoor je op weg wordt geholpen om de vraagstukken op te lossen. Het is belangrijk dat je deze goed doorleest en eventueel aantekeningen maakt.
Er is nooit geen verband te vinden
Analogieën hebben twee helften: een linker- en een rechterhelft. De woorden aan de linkerkant staan in verband met elkaar en de rechterkant ook. Daarnaast moet er een onderling verband zijn tussen beide helften. Het is dus niet mogelijk dat er geen verband te ontdekken valt. Als je geen verband ziet, moet je dus nog een keer kijken. Een voorbeeld van een fout verband is Auto : Benzine = Brandstof : Kerosine. Benzine hoort bij een auto, omdat dit de brandstof is die in een auto hoort. Kerosine is weer een brandstof en staat daarom tot brandstof, maar komt niet overeen met de linkerhelft. Brandstof moet in dit geval veranderd worden in vliegtuig.
Woordenschat uitbreiden door middel van lezen
Houd er wel rekening mee dat de test eenvoudig begint en daarna steeds lastiger kan worden. Het is dus goed om jouw woordenschat te blijven verbreden, zodat je op het assessment niet voor verrassingen komt te staan. Je woordenschat kun je uitbreiden door veel te gaan lezen, gesprekken te voeren met anderen en de geleerde woorden weer te gebruiken in het dagelijks leven.
Nog meer verbale analogieën oefenen
Wil je nog meer verbale analogieën oefenen? Doe dan de assessment training. Met de assessment training kun je tegen een vergoeding levenslang veel gebruikte onderdelen van een IQ test onbeperkt oefenen. Op die manier zorg je er voor dat je beter presteert op een assessment en je zult hoger scoren voor een IQ test en de andere onderdelen. Klik hier om verder te gaan of bekijk onze trainingspakketten hieronder.